Agnes Water

2 januari

Ik mag weer verder! Maakt me blij, want ik heb wel weer behoefte aan leuk gezelschap. Na een negen uur durende busreis kom ik aan in Agnes Water, waar een in bananenpak gehulde medewerker me naar hostel Cool Bananas brengt. Ik had net zo goed lopend kunnen gaan, zo dichtbij is het. Toch zijn we het hele centrum al doorgereden. Je kunt je voorstellen dat het hier voelt als the middle of nowhere.

Zodra ik me heb ontdaan van mijn backpack ga ik gelijk richting de picknicktafels buiten. “Can I join you guys?” Ik word meteen met veel enthousiasme opgenomen in het gesprek. De drie, twee australische mannen en een ierse vrouw, zijn erg geïnteresseerd in mij. Ik voel me super welkom. “Elke Dutchie is leuk”, verklaart een van de Aussies. Vervolgens brengt hij het gesprek al snel op fietsen, waar hij veel van houdt. De gezelligheid zet zich voort in de plaatselijke pub. Het is inmiddels al na tienen en ik ben nog niet aan eten toegekomen. Het wordt een liquid dinner vanavond.

3 januari

’s Ochtends doe ik een korte hike naar een uitzichtpunt en ’s middags volg ik een surfles, in de hoop dat ik na een paar weken rust ineens met sprongen vooruit ben gegaan en kan staan. Was dat het geval? Nee en nee. Ik heb gewoon geen balans. Als ik eenmaal gehurkt op dat surfboard zit, kukel ik er aan de andere kant weer af. De hele groep heeft foto’s waarop ze op het bord staan, daar waar bij mij het hoogste punt telkens mijn billen zijn in plaats van mijn hoofd. Mijn frustratie zet zich om in doorzetten. Het gevecht tegen de golven is intens, maar het mag niet baten. Dit was mijn laatste kans. Boven Agnes Water kan je namelijk niet meer surfen doordat het Great Barrier Reef de golven blokkeert, en in verband met de kwallen.

De avond is minstens zo gezellig als de vorige. Rond 17.00 uur wil ik eigenlijk even gaan lezen in de hangmat, maar als ik mijn vrienden van gisteravond zie zitten sluit ik me liever bij hen aan. De hele avond brengen we samen door. Op een gegeven moment raakt het bier op. De mannen willen meer, maar kunnen niet meer rijden. Ik krijg de autosleutels van John, de australiër toegeworpen. Nou, dat blijkt dus een dikke bak te zijn, en ook nog eens een automaat. Mijn eerste keer rijden in een automaat en mijn eerste keer rijden op de weg in Australië, aan de linkerkant dus. Het ging top. We eindigen weer in de pub en moeten lopend terug naar huis.

4 januari

Als ik wakker word, ligt er in het bed tegenover me iemand die ik nog niet eerder heb gezien. Op zijn bed ligt geen beddengoed en hij draagt nog zijn normale kleding, inclusief schoenen. Als hij wakker wordt, staat ‘ie op en loopt zo weg. Alsof hij er nooit is geweest. Het lijkt erop dat hij hier een nachtje onbetaald heeft geslapen. Wat ook heel makkelijk kan, in het hostel doen ze namelijk niet aan sleutels; alles is constant open. Het is de bedoeling dat je elkaar als familie ziet. Tussen 18.00 en 20.00 uur is de wifi uitgeschakeld, het is dan “family time”. Het werkt wel. Ik vind het een super fijn hostel, met name doordat ik zo makkelijk contact maak met iedereen.

’s Ochtends ga ik met de australische jongens naar het strand. Zij surfen, ik maak foto’s van ze. En ondertussen ben ik een beetje aan het lezen en zonnen.

’s Middags word ik opgehaald voor de Scooteroo-tour. Je kleedt je als een echte Hells Angel en rijdt op een Harley Davidson-achtige scooter door de omgeving. Ik heb nog nooit scooter gereden, dus we beginnen met testrondje. Bij de mensen voor me gaat het niet altijd goed. Regelmatig rijdt er iemand een hooibaal in. Hoe langer ik kijk, hoe zenuwachtiger ik word. Gelukkig zorgt mijn outfit wel voor zelfvertrouwen. Heel enthousiast ga ik op die scooter zitten.

Ik ben compleet in de war. Gassen met je hand, remmen met je voet, ik haal alles door elkaar. Eenmaal op de weg komt dit helemaal goed. Ik rijd voorop, achter de gids op zijn echte Harley. Mogen we niet wat harder? Ik vind het helemaal geweldig. Onderweg zien we ongelooflijk veel kangoeroes. Ik heb het idee dat ik nu het echte Australië zie.

’s Avonds wacht de Greyhoundbus weer op me. Ik wil niet weg, heb het nog veel te gezellig hier. In het dorp zelf is echt niet veel te doen, maar de mensen die ik heb ontmoet hebben het weer tot een top verblijf gemaakt. Er staat me een tien uur durende reis voor de boeg voordat ik morgenochtend aankom in Airlie Beach. In de bus vermaak ik me onder andere met Tinder. Dat blijkt best grappig te zijn. Ze heten hier allemaal Matt, en als dat niet zo is, staan ze wel met een vis op de foto. Ondertussen rijden we blijkbaar op een van de gevaarlijkste wegen van de oostkust van Australië. Het is een hele lange, rechte weg in niemandsland met amper verkeer. Het gevaar zit hem in dat er daardoor heel veel wilde dieren zijn, van herten tot kangoeroes en koala’s. Snelwegen hebben ze hier ook niet echt. De ‘highway’ heeft meer weg van onze 80-wegen. Welkom in Australië…

5 gedachtes over “Agnes Water

  1. Pingback: Terugblik: backpacken in Australië | Jardloopster

Plaats een reactie